Plaatje hierboven: Antwerpen, zondag 13 december 2020. Aan het Stadspark van Antwerpen werd door Chabad Lubavitch deze 9-armige menorah geplaatst. Op de achtergrond de Russisch Orthodoxe Kerk Christus’ Geboorte, die tot 31 oktober 1999 de christen katholieke Sint Jozefkerk heette, gebouwd in 1868.
Joden worden steeds meer lastiggevallen tijdens hun feestdagen. In 1000 jaar is er niks veranderd. In een Chabad-centrum in Lexington, Kentucky (VS), vond in de nacht van zaterdag 12/12 op zondag 13/12 een aanslag plaats.
Dit gebeurde tijdens een ceremonie op het moment van de ontsteking van de menora-verlichting van de gemeenschap. Een Jodenhater reed met zijn wagen opzettelijk een lid van de gemeenschap aan en reed over zijn been, waarop de agressor wegreed.
Maar dat weerhoudt Joden niet om open en vrij hun geloof te belijden op de manier die zelf hebben verkozen. Zo ook in Antwerpen. Op vrijdag 11 december 2020 werd dit jaar in de Joodse gemeenschap van Antwerpen de eerste kaars van de chanoeka kandelaar aangestoken.
Het acht dagen durende feest begint altijd op de 25ste dag van de Joodse maand kislev wat gewoonlijk valt inde periode eind november – eerste helft van december.
Achtergrond
Gedurende de periode van de Tweede Tempel – ongeveer 2200 jaar geleden – vaardigde de Hellenistische Syrische regering allerlei decreten uit tegen het Joodse volk in een poging hun religie uit te roeien. Zo verboden zij de Joden Thora te studeren en mitsvot (geboden) uit te voeren. Ook staken zij hun handen uit naar de bezittingen van de Joden en lieten zij hun dochters niet met rust. Hellenisten drongen het Beet Hamikdasj, de Tempel te Jeruzalem, binnen en haalden er alles overhoop. Ze plaatsten er een afgodsbeeld van Zeus en verontreinigden al wat rein was.
De Joden werden zwaar onderdrukt en hadden veel onder de Grieken te lijden totdat Hasjem, de G-d van hun voorvaderen medelijden met hen kreeg en hen verloste. De zonen van de Chasmoneeërs, de Hogepriesters, overweldigden de Griekse overheersers, versloegen hen en verlosten de Joden uit hun handen. Zij benoemden één van de kohaniem, priesters, tot koning. Zo werd de soevereiniteit van Israël voor een periode van meer dan tweehonderd jaar hersteld, tot de vernietiging van de Tweede Tempel in 70 n.d.g.j.
De Joden overmeesterden en vernietigden hun vijanden op de 25ste van de Joodse maand Kislev. Op die dag gingen zij het Heiligdom binnen maar zij konden niet meer dan één kruikje zuivere olie vinden met daarop het ongeschonden zegel van de Hogepriester. Dat kruikje bevatte genoeg olie om de grote kandelaar, de menora, in het Heiligdom precies één dag te laten branden. Maar G-d beloonde hen met een wonder: zij konden de menora gedurende acht dagen aansteken met dat ene kruikje. In die acht dagen hadden zij genoeg tijd om nieuwe, zuivere olie uit geperste olijven te produceren.
Om die reden bepaalden de chachamiem (geleerden) van die generatie dat men voortaan ieder jaar gedurende acht dagen, te beginnen op de 25ste Kislev, dit heuglijke feit zou vieren en G-d daarvoor zou prijzen. De lichtjes van de kandelaar worden iedere avond aangestoken bij de ingang van de woningen, zodat het wonder aan iedereen wordt bekendgemaakt.
Twee betekenissen
Deze dagen werden daarom voortaan Chanoeka genoemd. Dat woord heeft twee betekenissen. Men kan het verdelen in twee woorden: chanoe en ka. Chanoe betekent in het Hebreeuws: zij rustten, terwijl ka in het Hebreeuws wordt geschreven als Chaf-Hee hetgeen 25 betekent, dus: zij, de Chasmoneeërs, rustten van hun vijanden op de 25ste.
De tweede betekenis is ‘inwijding’, want op die dag werd de Tempel opnieuw ingewijd, nadat hij door de vijanden was ontwijd. Het hoofd van ieder huisgezin moet zijn kinderen de geschiedenis vertellen van het wonder dat onze voorvaderen overkwam in die dagen.
Alleen een feestmaaltijd is niet voldoende om de mitsva uit te voeren. Men moet ook lofprijzingen, de Halleel, voor G-d zingen, wat gebeurt tijdens de dienst in de synagoge. Het is de gewoonte om royaal tsedaka (liefdadigheid) te geven gedurende Chanoeka, want dat is een uitgelezen gelegenheid om onze tekortkomingen te verbeteren. Deze tsedaka dient met name gericht te zijn op de ondersteuning van arme Thora-geleerden.
Plaatje hierboven: Jodenhaat en Israëlhaat zijn de twee kanten van dezelfde munt. Chanoeka 2008. De Menorah op de Meir in Antwerpen werd in de nacht van vrijdag 26 op zaterdag 27 december 2008 door ‘onbekende’ bekenden vernield. Hij werd niet meer opgericht. Dit was geen toevallige daad van vandalisme: het was namelijk de eerste dag van het Gazaconflict – Operation Cast Lead. De vernieling van de Menorah in Antwerpen markeerde het begin van een antisemitische golf van geweld en Jodenhaat die wekenlang over de hele wereld zal rondrazen.
Bronnen:
♦ naar een artikel “Chanoeka, 8 dagen feest van het licht” van 10 december 2012 op de site van Joods Actueel
♦ naar een artikel van Philissa Cramer “Assault reported at Chabad of the Bluegrass menorah-lighting in Lexington, Kentucky” van 13 december 2020
De Menorah, het symbool van 8 dagen licht, vreugde & vrolijkheid, maar ook een symbool van ergenis voor Jodenhaters, die menen hierop hun eigen frustraties te kunnen afreageren en daarmee de wereld te veranderen.
En zo brengt de Joodse Menorah ook naar hen een moment van licht, vreugde & vrolijkheid.
Ach ja…..wat hadden al die gefrustreerde losers toch zonder Joden & hun symbolen gedaan?
LikeGeliked door 1 persoon