
Maarten Luthers christen antisemitisch testament: ‘Over de Joden en hun leugens’
“Een christen heeft naast de duivel geen giftiger, bitterder vijand dan een Jood, terwijl wij toch niemand zo goed bejegenen en tegelijk van niemand zoveel te lijden hebben als juist van die slechte duivelskinderen en dat slangengebroed,” schreef de aartsvader van de Reformatie, Maarten Luther, in 1543. Luther vond Joden schurkachtige, leugenachtige, werkschuwe godslasteraars. Christenen moesten hun synagogen, scholen en huizen in brand steken, hun boeken afnemen, rabbijnen op straffe des doods het onderwijzen verbieden, Joden een straatverbod opleggen, het woekeren verbieden en ze dwingen écht werk te gaan doen, om hun brood in het ‘zweet des aanschijns’ te verdienen, … Lees verder Maarten Luthers christen antisemitisch testament: ‘Over de Joden en hun leugens’